Het TG3-stuurprogramma installeren
Patches installeren voor PCI-bestanden (optioneel)
Het TG3-stuurprogramma verwijderen
De huidige versie van het adapterstuurprogamma is getest op de laatste versies van Red Hat, SuSE en andere Linux-distributies voor i386-, ia64-, en x86_64 CPU-architecturen die gebruikmaken van 2.4.x- en 2.6.x-kernels. Het stuurprogramma is tot aan kernelversie 2.4.33 en 2.6.13 getest. Het stuurprogramma behoort te werken op andere kleine of grote endian CPU-architecturen, maar op een aantal van deze machines zijn slechts beperkte tests uitgevoerd. In het Makefile moeten mogelijk architectuurspecifieke compilatieswitches worden opgenomen, en in de bronbestanden moeten mogelijk ook enkele kleine wijzigingen worden aangebracht. Op deze machines wordt het patchen van het stuurprogramma op de kernel aanbevolen.
Het Linux TG3-stuurprogramma is verkrijgbaar in de volgende pakketindelingen (bestandsnamen):
De RPM- en TAR-bronpakketten bevatten identieke bronbestanden voor het samenstellen van het stuurprogramma. Het tar-bestand bevat ook extra materiaal zoals patches en images van stuurprogrammadiskettes voor netwerkinstallatie.
De installatie van het bron-RPM-pakket
Het stuurprogramma bouwen vanuit het TAR-bronbestand
rpm -ivh tg3-versie.src.rpm
cd /usr/src/redhat,OpenLinux,turbo,packages,rpm ...
rpm -bb SPECS/tg3.spec of rpmbuild -bb SPECS/tg3.spec
rpmbuild -bb SPECS/tg3.spec (voor RPM versie 4.x.x)
OPMERKING: Tijdens de poging een bron-RPM-pakket te installeren, wordt het volgende bericht weergegeven:
error: cannot create %sourcedir /usr/src/redhat/SOURCE
De oorzaak van deze fout is waarschijnlijk dat rpm-build niet is geïnstalleerd. Zoek op het Linux-installatiemedium het rpm-bestand en installeer dit vervolgens met de volgende opdracht:
rpm -ivh rpm-build-versie.i386.rpm
Voltooi nu de installatie van de bron-RPM.
rpm -ivh RPMS/i386/tg3-version.i386.rpm
Afhankelijk van de kernel wordt het stuurprogramma naar een van de volgende paden geïnstalleerd:
2.4.x-kernels:
/lib/modules/kernel_version/kernel/drivers/net/tg3.o
2.4.x-kernels met ingepatched tg3-stuurprogramma:
/lib/modules/kernel_version/kernel/drivers/addon/tg3/tg3.o
2.6.x-kernels:
/lib/modules/kernel_version/kernel/drivers/net/tg3.ko
modprobe tg3
Informatie over het configureren van het netwerkprotocol en -adres vindt u in de documentatie van de gebruikte Linux-versie.
tar xvzf tg3-versie.tgz
CD tg3-versie
make clean
make; make install
rmmod tg3
modprobe tg3
Als de opdracht naar behoren wordt uitgevoerd, ontvangt u geen bericht.
OPMERKING: De locatie van het geïnstalleerde stuurprogramma vindt u in de bovenstaande RPM-aanwijzingen.
Voor netwerkinstallaties via NFS, FTP of HTTP (met behulp van een netwerkopstartdiskette of PXE) is wellicht een diskette vereist met het tg3-stuurprogramma. De images van stuurprogrammadiskettes voor de recentste Red Hat-versies zijn meegeleverd. Opstartstuurprogrammaïs voor andere Linux-versies kunnen worden gecompileerd door het make-bestand en de make-omgeving te wijzigen. Meer informatie hierover vindt u op de website van Red Hat: http://www.redhat.com.
Om de stuurprogrammadiskette te maken, selecteert u het toepasselijke imagebestand (u vindt dit in tg3_sup-versie.tar.gz) en typt u het volgende:
dd if=<version>.dd.img of=/dev/fd0
Voor hardware-detectietoepassingen zoals Red Hat-kudzu waarmee door tg3 ondersteunde apparaten correct kunnen worden geïdentificeerd, moeten mogelijk een aantal bestanden met informatie van de PCI-fabrikant en het apparaat worden bijgewerkt.
Voer de updates uit met de scripts in het aanvullende tar-bestand. Voor bijvoorbeeld Red Hat Enterprise Linux voert u de updates op de volgende manier uit:
./patch_pcitbl.sh /usr/share/hwdata/pcitable pci.updates /usr/share/hwdata/pcitable.new
./patch_pciids.sh /usr/share/hwdata/pci.ids pci.updates /usr/share/hwdata/pci.ids.new
Van de oude bestanden kunnen vervolgens back-ups worden gemaakt en de nieuwe bestanden kunnen worden hernoemd.
cp /usr/share/hwdata/pci.ids /usr/share/hwdata/old.pci.ids
cp /usr/share/hwdata/pci.ids.new /usr/share/hwdata/pci.ids
cp /usr/share/hwdata/pcitable /usr/share/hwdata/old.pcitable
cp /usr/share/hwdata/pcitable.new /usr/share/hwdata/pcitable
OPMERKING: De paden hierboven zijn voor Red Hat-toepassingen. Op andere toepassingen kunnen deze paden anders zijn.
Het stuurprogramma verwijderen uit een RPM-installatie
Het stuurprogramma verwijderen uit een TAR-installatie
Verwijder het geladen stuurprogramma uit het geheugen door met ifconfig alle door het stuurprogramma geopende ethX-interfaces af te sluiten en daarna het volgende te typen:
rmmod tg3
Als het stuurprogramma is geïnstalleerd met behulp van rpm, verwijdert u dit op de volgende wijze:
rpm -e tg3-<versie>
Als het stuurprogramma werd geïnstalleerd vanuit het tar-bestand met behulp van ïmake installï, dient het tg3.o-stuurprogramma handmatig uit het systeem te worden verwijderd. Zie voor de locatie van het geïnstalleerde stuurprogramma.
Als er een interfaceconfiguratie aan het tg3-stuurprogramma is gekoppeld, sluit de interface dan eerst af met ifconfig ethx down en vervolgens met rmod tg3.
Hieronder worden de meestvoorkomende berichten weergegeven die in het bestand /var/log/messages kunnen worden geregistreerd. Gebruik dmesg -nniveau om het niveau in te stellen waarop berichten op de console worden weergegeven. Voor de meeste systemen is de standaardinstelling niveau 6.
Aanmelding van het stuurprogramma
tg3.c:versie (datum)
Detectie van NIC
eth#: Tigon3 [partno (BCM95xxx) rev 4202 PHY (57xx) (PCI Express) 10/100/1000BaseT Ethernet :00:xx:xx:xx:xx:xx
eth#: RXcsums [1] LinkChg REG [0] MIirq [0] ASF [0] Split [0] Wirespeed [1]TSOcap [1]
eth#: dma_rwctrl [76180000]
ACPI : PCI interrupt 0000:02:02.0 [A] -> GSI 26 (level,low) -> IRQ 233
Flow Control
tg3: eth#: Zowel voor TX als voor RX is flow control ingesteld.
Indicatie voor actieve koppeling en de snelheid
tg3: eth#: Actieve koppeling heeft een snelheid van 1000 Mbps, volledige duplex.
Indicatie voor inactieve koppeling
tg3: eth#: Koppeling is inactief.